Medische politie
97. Concept-adres van de gemeenteraad aan de Koning om dispensatie van het verbod, dat op plaatsen waar 2 apothekers zijn gevestigd door geen genees- en heelmeesters medicijnen enzovoorts mogen worden geleverd, 22 augustus 1832.
Het in de tekst bedoeld verbod was vervat in artikel 5 van de instructie voor de heelmeesters te platteland, vastgesteld bij Koninklijk Besluit van 31 mei 1818 nummer 63. Dispensatie werd gevraagd omdat bij handhaving geen geneesheer te Coevorden te verkrijgen was.
98. Lijst van ouders, wiens kinderen gevaccineerd zijn over 12 juni-18 juli 1815. Hierbij bevindt zich een aanschrijving van de burgemeester aan het armbestuur der Rooms Katholieke gemeente, berichtend de dag van de maandelijkse visie van het register der gevaccineerden.
99. Staten van de door de geneesheren te Coevorden behandelde choleralijders, met opgave omtrent de afloop van de ziekte. Met bericht van een van de geneesheren aan het plaatselijk bestuur, mededelende (de eerste?) 3 gevallen van cholera Asiatica,1847. Vergelijk inventarisnummer 196.
100. Rekening van ontvangst en uitgave van de runderen van de provincie, stukken betreffende de medewerking van het gemeentebestuur tot de onteigening door de provincie van de door longziekte aangetaste runderen van ingezetenen van Coevorden, 1843-1846.
101. Stukken wegens de proefbakkingen van het brood ten behoeve van de broodzetting, 1826-1847. De proefbakkingen vonden plaats ingevolge Koninklijk Besluit van 25 januari 1826 nummer 98.
102. Broodzetting “104″, becijferingen ten behoeve van de broodzetting te Coevorden, 1826-1842.
Gemeente-politie
103. Concept-reglement van politie voor de gemeente Coevorden. ( 1815?).
104. Ingekomen brieven wegens de justitie, brieven van ambtenaren van het openbaar ministerie, rechter-commissarissen en enkele andere autoriteiten, inroepende de medewerking van het gemeentebestuur in aangelegenheden van justitie en politie, 19 juli 1827-30 december 1850.
105. Register van correspondentie over justitie-zaken, register van brieven uitgegaan van het bestuur der gemeente betreffende aangelegenheden van justitie en politie, 2 januari 1830-29 december 1846.
106. Minutele staat van voogdijen, opengevallen vóór de 1e. oktober 1838 in de gemeente Coevorden, opgemaakt door de burgemeester op 27 februari 1841.
107. Signalementen van deserteurs en voortvluchtige misdadigers, bij het gemeentebestuur ingezonden door de procureur-generaal bij het hooggerechtshof, 6 juli 1814-10 september 1817. Een signalement van 27 februari 1816 werd toegezonden door de officier van justitie bij de rechtbank te Leeuwarden.
108. Opdracht van de burgemeester aan de veldwachters in de gemeente te onderzoeken of zich in de gemeente onderdanen ophouden van genoemde Hannoversche Staten, 8 juni 1815.
109. Uittreksel uit het verbaal van de handelingen van de procureur-generaal bij het hooggerechtshof betreffende het verwijderen van vreemde landlopers, 8 augustus 1817.
110. Minutele processen-verbaal van de handelingen van de procureur-generaal bij het hooggerechtshof betreffende het verwijderen van vreemde landlopers, 8 augustus 1817.
De bijlagen bestaan uit:
1. Een concept-proces-verbaal van het onderzoek door de president en de secretaris van het gemeentebestuur met betrekking tot een verdronken kind, 1 Januari 1819;
2. Aanklachten tegen ingezetenen van de gemeente Coevorden ingediend bij de burgemeester, 1822-1827;
3. Minutele processen-verbaal van de veldwachter en de nachtwacht in de gemeente Coevorden van aldaar gepleegde feiten, 28 januari 1821, 9 april en 30 juni 1828;
4. Processen-verbaal van de veldwachters en de nachtwacht in de gemeente Coevorden van aldaar gepleegde feiten (ingezonden bij de burgemeester?), 20 februari 1822, 12 en 17 september 1826;
5. Proces-verbaal van de commandant van de hoofdwacht te Coevorden omtrent de belediging van een schildwacht door burgers en de arrestatie van één van hun (ingezonden bij burgemeester en wethouders?), 20 juli 1827.
111. Publicatie van de gouverneur van Drenthe, voorschrijvende tot het nemen van maatregelen tegen dolle honden, 24 Mei 1814. Met een afschrift en een opgave van loslopend aangetroffen honden, 1815.
Het ter secretarie van Coevorden vervaardigd, gelijktijdig afschrift heeft blijkbaar steeds bij het oorspronkelijk exemplaar berust.
Tuchthuis
De aanwezigheid van het archief van regenten van het tuchthuis in het archief van de gemeente kan worden verklaard, doordat de notaris Slingenberg (tevens burgemeester) over de verkoop van het tuchthuis in 1824 stond en bovendien regent was.
112. Protocol van notulen en minuten van uitgegane brieven van regenten van het tuchthuis te Coevorden, 1 september 1814-31 juli 1817.
113. Brieven ingekomen bij regenten van het tuchthuis te Coevorden, 15 oktober 1814-28 december 1816, januari 1821-17 juni 1824.
114. Register van de gevangenen gedetineerd in het tuchthuis te Coevorden, 6 augustus 1814-23 september 1823. Met aantekeningen tot 1 maart 1824.