In het jaar 1536 gaf Groningen zich over aan George Schenk, bevelhebber in dienst van Karel V. Hierop belegerde Schenk Coevorden. De Drost Johan van Selbach, zond Karel van Gelder tijding en verzocht hem 3000 man voetvolk en wat ruiterij. Karel van Gelder liet echter op zich wachten. Na een belegering van 2 maanden, toen aan alles gebrek was, gaf Coevorden zich over. Het geschut en de ammunitie moest op het kasteel blijven. In den winter van 1536, na de overgave, kwam Karel van Gelder met een leger, maar werd door Schenk verslagen. Later droeg Karel van Gelder Groningen en Drenthe over aan Karel V tegen betaling van 35000 goudguldens in eens en 25000 jaarlijks. Karel V, de privilegiën bewerende, werd door de Stenden van Drenthe gehuldigd.
Tot Stadhouder werd aangesteld, Johan van Linge, Graaf van Arenberg, die tevens Stadhouder over Friesland, Groningen en Overijssel was.
Te Brussel, 4 augustus 1541, bevestigde Karel V bij open brief de privilegiën van Coevorden en verleende het recht tot het houden van drie jaarmarkten.
Deze brief op perkament geschreven, berust nog in ’t archief te Coevorden. Het zegel in rood was, aan een perkamenten staart, is enigszins geschonden.
De brief is ondertekend: “Voor den Keizer “Verreyken”.